Anna Karolina #244: 'Zal Sebastiaan ons vinden?'

Column

Anna Karolina #244: 'Zal Sebastiaan ons vinden?'

Anna Karolina
Door

Anna Karolina

Gepubliceerd op

25 februari 2023 om 19:00

Bron / Fotografie

Fotografie Tom ten Seldam

Gepubliceerd op

25 februari 2023 om 19:00

Bron / Fotografie

Fotografie Tom ten Seldam

Er is geen levende ziel of een huis in de wijde omtrek te bekennen. Als mijn laatste uur hier en nu heeft geslagen, zal niemand me de komende dagen vinden. Hier zijn voelt troostelozer aan, dan gestrand zijn op een industrieterrein midden in de nacht.

Mijn lichaam waarschuwt me. Het bonkt en raakt oververhit. Het vertelt me om me uit de voeten te maken, zo snel als ik kan. Sasha ademt diep in en uit en kijkt via het spiegeltje naar onze achtervolgers.

De blauwe Mercedes stop een tiental meter achter ons en dooft zijn lichten. De twee mannen stappen rustig uit, alsof ze slechts een routineklus aan het klaren zijn. Sasha houdt haar handen aan het stuur en bijt op haar roze lippen. Niks aan dit doet normaal aan. Ik ben in een film beland en ik wil dat het stopt. Dat dit alles onmiddellijk stopt.

Het wapen voelt niet meer zo kil aan en lijkt de warmte van mijn angst overgenomen te hebben. Mijn handen trillen als een malle en ik voel me bijna wegzakken onder het idee dat ik zometeen een schot moet gaan lossen. Flauwte overvalt me.

'Anna, adem rustig. Het komt goed. Ik zeg je, het komt allemaal goed.'

Sasha legt haar ranke hand op mijn knie en een bliksemschicht trekt door mijn buik. Ze leidt me af van mijn waanzin en ik voel me ineens klaarwakker.

Beide mannen naderen ons nu en ik zie aan Sasha dat ze een plan heeft.

'Die gasten zijn nooit echt de slimste geweest.'

Ze lacht breed en trapt loeihard op het gaspedaal. We schieten als een katapult vooruit. Ik lach met haar mee en voel me een van de topwijven uit Thelma and Louise. Het zal wel een beschermmechanisme van mijn brein zijn om er maar een film van te maken, want dat dit allemaal echt gebeurt is toch van de zotte.

'Zo, daar hebben we vanavond geen last meer van.'

Sasha dooft na een aantal kilometer haar lichten en neemt wat gas terug. Ze slaat een onverharde weg in naar no man's land. De auto schudt en bonkt, maar ik voel me rustig. We zijn veilig. We leven nog. En er is me nog minstens een zonsopgang gegund.

'Daar.'

Ik wijs naar een donker gebouw in de verte, dat lijkt op een verlaten oude boerderij. Sasha knikt bedenkelijk en zet de auto achter het pand. Het is duidelijk onbewoond. Het dak is half ingestort, en er is hier naar mijn schatting al jaren geen mens langs geweest.

'Het moet maar. Kom.'

Sasha stapt uit, neemt de tas met spullen mee en loopt voor me het huis binnen. De natuur heeft hier een vrije hand gehad, want alles wat er ligt of staat is bedekt met een mossige laag groen of klimop. Het heeft iets magisch en sprookjesachtigs. Als wij ons niet in zo'n benepen situatie hadden bevonden, zou ik bijna zeggen dat het hier mooi is. Ik kijk mijn ogen uit en zoek naar bruikbare spullen om een bed van te maken. Het idee dat ik deze nacht in haar nabijheid door ga brengen geeft me een vreemd verontrustend gevoel. Alsof ze mijn interne monoloog kan horen kijkt ze me vragend aan.

'Ben je okay?'

'Ja. Prima.'

'Het is geen vijfsterren hotel, maar we zijn hier veilig. Morgen maak ik een plan. Ik ben moe.'

Met sierlijke stappen beweegt ze zich door het vertrek. Ze lift haar benen op, alsof ze een uitvoering geeft in een showballet. Het licht van de maan schijnt door het vervallen dak naar binnen en gebiologeerd door haar begeerlijke tred blijf ik staan en staar haar na. Ze neemt de kussens van de bank en slaat erop alsof ze op boksles zit. Ik volg haar voorbeeld en na alle kussens flink bewerkt te hebben ploffen we naast elkaar neer.

'Denk je dat Sebastiaan ons zal vinden?'

'Geloof me, er is er maar een die dit kan. En dat weet Gregor maar al te goed.'

'Ik mis hem.'

Ik zeg het zacht. Het blijft stil. Sasha grist naar de tas op de grond en haalt er een flesje bier uit.

'Maak je niet druk. Voor je het weet ben je weer veilig in zijn armen.'

Ze zegt het op een manier alsof ze op me neerkijkt en iets achterhoudt. Ik draai me naar haar toe en steun met mijn elleboog op de bank.

'Is er nog iets tussen jullie?'

Ze neemt een slok van het bier en ontwijkt mijn blik.

Wordt vervolgd.

delen
Anna Karolina

Anna schrijft iedere week over haar zoektocht naar de ware (meeslepende) liefde die als een stevige rode draad door haar leven loopt. Elke zaterdagavond om 19.00 uur lees je een gloednieuwe aflevering op &C the website.

Meer van deze auteur

Wil je ook lezen