Klimaatplakker Jelle: 'Mijn hartslag zat tegen het plafond, toen ik die tafel opklom'

Body & Mind

Klimaatplakker Jelle: 'Mijn hartslag zat tegen het plafond, toen ik die tafel opklom'

Steffi Posthumus
Door

Steffi Posthumus

Gepubliceerd op

15 mei 2023 om 20:00

Bron / Fotografie

fotografie Dario & Misja

Gepubliceerd op

15 mei 2023 om 20:00

Bron / Fotografie

fotografie Dario & Misja

Van NOS tot juicekanaal en van meme tot woord van het jaar. Door zich aan de talkshowtafel van Jinek te lijmen was 'klimaatplakker' Jelle de Graaf plots het gesprek van de dag, week en maand. Dat was soms leuk, soms bloedirritant en vaak best spannend.

Jelle (34): 'Rond één uur 's middags werd ik gebeld door een redacteur van Jinek: of ik die avond aan de talkshowtafel wilde komen praten over de acties van klimaatactivisten in musea. Dat wilde ik wel. Ik zou tegenover een museumdirecteur zitten en we zouden het hebben over of dit middel – actievoeren in musea – werkt en nodig is. Al snel kwam het idee in me op: als ik wil beargumenteren dat het werkt om iets disruptiefs te doen, dan kan ik daar niet gewoon gaan zitten, braaf een gesprekje voeren en vrolijk weer naar huis gaan. Dan moet ik zelf ook iets disruptiefs doen: niet zeggen dat het werkt, maar laten zien dat het werkt.

Ik heb vooraf vier mensen gebeld: is dit een goed idee of niet? Mijn vriendin en een vriend voor een persoonlijke check. En twee mensen van XR (Extinction Rebellion, red.) voor een check vanuit hen. Allemaal zeiden ze: moet je doen. Met die twee van XR heb ik het vooral over de praktische zaken gehad. Ik kon wel op m'n stoel blijven zitten en m'n handen aan tafel plakken, maar dan filmen ze gewoon de mensen naast je. De enige optie was dus óp de tafel klimmen en me daar vastplakken. Verder bespraken we dingen als: wie zet er iets op social media? Wat doen we als ik word opgepakt? Wie stelt de advocaat op de hoogte? Wie wacht me op als ik weer vrijkom? En wie gooit er een persbericht uit? Nou, dat laatste bleek in dit geval niet nodig, haha. Na die belletjes ben ik naar de Albert Heijn gegaan en heb ik de laatste tube lijm gekocht die daar nog was. Beau (Eva was die avond ziek, red.) zei in de uitzending dat het tweecomponentenlijm was, maar dat is onzin. Het was gewoon secondelijm van Bison.'

Nu of nooit 'Eenmaal in de studio werd ik niet gefouilleerd, de tube lijm zat gewoon in m'n jaszak en in de binnenzak zat een tekst die ik had voorbereid. In eerste instantie was het plan om me met één hand aan de tafel vast te plakken, zodat ik met de andere die tekst kon pakken en lezen. Maar in de studio had de geluidsman de microfoon precies bij die binnenzak gedaan, waardoor ik er niet meer met mijn hand bij kon. Toen heb ik maar gewoon allebei m'n handen aan tafel geplakt en de tekst uit m'n hoofd gedaan.

Twijfels heb ik geen enkel moment gehad en gedurende de dag vielen de zenuwen ook alles mee. Bij mij is het meestal zo dat ik óf van tevoren zenuwachtig word óf op het moment zelf. Nu had ik zo weinig tijd om me vooraf druk te maken dat de zenuwen op het moment zelf kwamen. Ik weet nog dat ik dacht: dít is het moment, het is nu of nooit. Ik wilde het niet te snel doen. Als ik meteen op die tafel was geklommen, had het m'n zaak niet geholpen. Dan was er geen inleiding geweest en was het gewoon van m'n eigen tijd af gegaan. Maar als ik het later had gedaan, waren ze misschien al door naar het volgende item en dan komt het heel zeurderig over dat je dat gesprek 'kaapt'.

Ik denk dat ik uiteindelijk precies het goede moment te pakken had. We voerden eerst een rustig, goed, inhoudelijk debat en vanaf het moment dat ik op tafel klom, werd het spannend. Zowel voor de kijker als voor mij. Mijn hartslag zat ergens tegen het plafond, toen ik die tafel opklom en me snel vastlijmde voordat iemand me er weer af kon trekken. Ik had geen idee dat het zo groot zou worden als het is geworden, maar dat ik iets opvallends op live televisie deed en mensen daar wat van zouden vinden, wist ik wel.

Er werd achteraf gezegd dat Beau bang zou zijn geweest, maar hij had prima door wat de situatie was en reageerde heel kalm. De actie was ook niet destructief: ik stond daar duidelijk niet om Beau aan te vallen met een blik soep. Het was disruptief: ik doorbrak de norm van netjes op je beurt wachten en doorgaan naar het volgende onderwerp, Donald Duck in dit geval, als je bent uitgepraat. Het enige waar ik geen seconde bij stil had gestaan was het reclameblok. Ze zijn wel wat langer doorgegaan met de uitzending, maar uiteindelijk kwam die reclame dan toch en ben ik – zoals iedereen ook heeft kunnen zien – met tafel en al afgevoerd.'

Missie geslaagd 'Natuurlijk heb ik achteraf gedacht: had ik maar een uurtje meer gehad, om even op adem te komen, wat water te drinken en m'n tekst nog eens goed door te nemen. Dan had ik misschien net wat minder 'eh' gezegd en was ik beter uit m'n woorden gekomen. Ik zie het als mijn missie om zo effectief mogelijk aandacht te vragen voor de klimaatcrisis, dus ik ben en blijf altijd kritisch over wat er beter kan. Maar dat neemt niet weg dat ik ook wel zie dat dit een enorm succesvolle actie is geweest. Het ging er wekenlang over, klimaatplakker werd het woord van het jaar en het fragment kwam in allerlei jaaroverzichten terug. Ik verscheen zelfs op het account van Life of Yvonne! Dat bedenk je toch niet? Weet ook niet of dat nou zo positief is, maar het geeft wel aan dat het echt overal was.

Het belangrijkste voor mij was dat de actie voor een omslagpunt zorgde in het Nederlandse klimaatdebat. Eerst ging het vooral over de vorm: is het goed of slecht hoe klimaatactivisten actievoeren in musea? Precies waarom ik ook bij Jinek aan tafel werd uitgenodigd. Maar na mijn actie veranderde dat. Eindelijk werd er daadwerkelijk aandacht gegeven aan de klimaatcrisis in Nederlandse media en ging het echt over de inhoud. Ik bedoel, twee dagen later zaten er opeens een meteoroloog en een klimaatwetenschapper aan tafel bij Jinek. Nou, dat was in tijden niet gebeurd. En ook in de weken daarna ging het ein-de-lijk over de miljoenen doden in Pakistan door de overstromingen, de miljoenen mensen in hongersnood door de droogte in de Hoorn van Afrika en de gigantische bosbranden in Siberië, Zuid-Europa, Australië en de Amazone. Allemaal gevolgen van de klimaatcrisis waar nu eens wél aandacht voor was. Dus ik durf wel te zeggen dat mijn plakactie een geslaagde actie was.

Nadat ik met tafel en al was weggedragen en er afviel, kreeg ik nog iets te drinken. Daarna werd me verzocht het gebouw te verlaten. Als ervaren activist weet je wat dat betekent: als je dat na drie keer vragen nog niet hebt gedaan, bellen ze de politie omdat er sprake is van huisvredebreuk. Ik heb nog even met cola geprobeerd zoveel mogelijk lijm van m'n handen te halen, heb m'n tas gepakt en ben met een vriend bij een café gaan napraten. Na één biertje zei hij: 'Hey, ik moet gaan, m'n trein halen. Jij redt het wel, hè? Doei!' Toen heb ik m'n moeders geappt. Zij wisten namelijk wel dat ik bij Jinek zou komen, maar wisten niets van mijn plan af. Dat zagen ze pas in de uitzending. Niet dat ze zich erover verbazen, hoor. In de familie-app is de meest gestelde vraag: 'Ben je oké? Niet gearresteerd?' Allebei m'n moeders staan volkomen achter de zaak, maar hun zoon vastgeplakt op tafel zien vonden ze wel spannend. Al zeiden ze ook: tja, dit hadden we van tevoren kunnen bedenken. Op de veerpont naar Amsterdam-Noord werd ik door een jongen herkend. 'Hey, jij zat net vastgeplakt bij Beau, toch? Vet.' Maar verder bleef het die avond rustig. Ik heb wat vrienden en kennissen gebeld en toen de adrenaline wat was gezakt, ben ik gaan slapen.

Het bleek stilte voor de storm. Die ochtend werd ik wakker gebeld door Het Parool voor een interview. Ik geloof dat ik al vijf gemiste oproepen en ik weet niet hoeveel mails had. Mijn telefoon stond roodgloeiend. Ik heb denk ik wel negen interviews gehad: vier kranten, vier cameraploegen over de vloer, een radio-interview én ik was te gast in De tafel van vier, de talkshow van Gert Verhulst. Wat ik heel grappig vond, omdat ik hem vooral kende van Samson en Gert. De volgende dag was niet veel anders. Foto's voor bij de interviews van de dag ervoor, een interview in het AD en 's avonds aanschuiven bij Khalid & Sophie. Daar was ik heel blij mee, want ik was even bang dat ik nooit meer in een talkshow zou mogen komen. Ik denk dat m'n optreden in De tafel van vier daar wel bij heeft geholpen: ze hebben gezien dat ik me gewoon netjes gedroeg. Dat ik me heus niet nog eens zou vastplakken aan een tafel. Dat zou sowieso z'n doel voorbijschieten, maar ik snap de angst wel. Gelukkig had ik die dus al weg kunnen nemen. Ondertussen ging mijn gewone baan ook nog door. Dat weekend gaf ik een workshop over klimaatactivisme. Veel drukker dan normaal was het niet. Snap ik ook wel: ik was al overal, dan hoef je mijn kop niet ook nog eens in het echt te zien.'

'Ga dood, aandachtzoeker' 'Zo dachten meer mensen erover, want toen ik na de workshop nog even in het restaurant bleef kletsen, kwam er een man op me af. Hij begon vriendelijk, maar naarmate hij meerdronk, werd het steeds negatiever. Op een gegeven moment stond hij opgefokt voor me: 'Ik word zó boos van jou!' Het is prima als mensen me een eikel vinden, maar dronken mensen die je een eikel vinden, zijn onvoorspelbaar. Dat maakt het ongemakkelijk en dreigend. Dus ging ik in de periode erna met een grote boog om drukke plekken met dronken mensen heen.

Niet dat de reacties alleen van dronken mensen kwamen. Tijdens het interview bij Jinek stond mijn telefoonnummer nog op mijn website, dus die eerste paar dagen kreeg ik los van interviewverzoeken en steunbetuigingen ook best wat vervelende telefoontjes. Geheime nummers die me dertig keer op een dag belden en weer ophingen. Of iemand die om twee uur 's nachts belde en zei: 'O, o, o, Jelle. O, o, o.' Op zich geen enge tekst, maar het feit dat je midden in de nacht gebeld wordt door een vreemde maakt het onprettig. Maar de echte bagger stond op Twitter. 'Ga dood, aandachtzoeker,' 'Ze hadden je van die tafel moeten kankeren,' 'Lijm die bek van je dicht,' 'Teringterrorist,' 'Als ik je zie, geef ik je zo'n harde schop dat je een maand lang niet kunt zitten.' En zo nog zo'n tweeduizend tweets. Het is niet leuk om die dingen over jezelf te lezen, maar ik denk vooral: wat heftig voor je dat je leven zo is dat je iemand die je helemaal niet kent, dood wenst op social media. Ik gun die mensen een knuffel en wat zachtheid, want ik denk echt dat ze die nodig hebben.

Het liefst sta ik de hele dag open voor iedereen, luister ik, wissel ik ideeën uit, maak ik contact. Dat is voor mij de gelukkigste manier van leven. Dat vond ik denk ik het moeilijkste aan dit alles: dat ik dat even niet meer kon. De eerste paar weken werd ik door negen van de tien mensen op straat herkend. En ook online bleven de steunen haatberichten maar komen. Het lukte gewoon niet meer om voor iedereen open te staan, het werd te veel, al die opmerkingen, positief én negatief. Om mezelf te beschermen, sloot ik me steeds meer af. Een van de leukste dingen aan wonen in Amsterdam vind ik om op de pont of op het terras lekker mensen te kijken. Al die verschillende types die rondlopen in de stad. Maar nu keken mensen steeds vaker terug, waardoor ik het gevoel had continu 'aan' te moeten staan. Klaar voor een gesprekje, niet wetende of dat positief of negatief zou zijn. Ik keek steeds minder om me heen en meer naar de grond of m'n telefoon om oogcontact en praatjes uit de weg te gaan. Jammer, want dat is niet wie ik ben en wil zijn. Maar ja, uiteindelijk zijn al dit soort dingen tijdelijk. Na een maand werd het al minder. Misschien ook omdat ik me er zelf gewoon minder bewust van werd dat mensen me aanstaarden of achter mijn rug smoesden: 'Dat is toch die plakker?' Het grappige is: omdat het geleidelijk gaat, heb je niet door dat iets opeens minder wordt. Rond de jaarwisseling was er even een korte opleving, omdat ik in allerlei jaaroverzichten te zien was en dus weer meer werd herkend. Toen dacht ik: o ja, dit was even weg, nu is het er weer, maar ook dat duurde hooguit een week.'

Gênant 'Nu we een halfjaar verder zijn, is alles weer redelijk rustig. Ik word nog wel herkend, maar de felle opmerkingen blijven uit. Überhaupt gaat het er niet meer de hele tijd over. Gelukkig maar. Ik moet er niet aan denken het hier nog elke verjaardag over te hebben. Ik ben blij dat ik op de pont gewoon een paar zinnen over en weer kan wisselen met een vreemde over zoiets sufs als de klemmende schuifdeur, zonder dat het daarna over mijn plakactie gaat. Mijn leven is eigenlijk weer zoals het was. Vanuit mij gezien dan. Ik moet er namelijk nog wel aan wennen dat anderen mij nu nog meer zien als 'gezicht van de klimaatbeweging'. Ik kan behoorlijk koppig zijn, of boos worden als ik m'n zin niet krijg. Laatst zeiden vrienden na een XR-meeting: 'Jelle, maak nou niet zo'n punt van zoiets kleins, want iemand die jou nog niet kent en nieuw is hier durft daar niet tegenin te gaan.' Dat vind ik een heel maf idee, want ik voel me 'gewoon' Jelle: niet meer of minder dan welke activist binnen XR dan ook, maar ik probeer wel wat bewuster te zijn van de impact die het heeft als ík iets zeg of doe en niet iemand anders. Zoals Spider-Man zegt: 'With great power comes great responsibility.' Dus hou ik me tijdens meetings nu wat meer op de achtergrond en ben ik me bewust van m'n voorbeeldfunctie. Nou ja, meestal dan. Want ik fiets ook nog weleens door rood.

Dat mensen me feliciteerden omdat 'klimaatplakker' het woord van het jaar was, vond ik heel raar. Gênant bijna. Net als dat ik was genomineerd als mediapersoonlijkheid van het jaar. Ik stond één plek onder de kroonprinses, doe even normaal. Het is leuk omdat het de zaak dient, maar het is nou niet per se een eervolle prestatie voor mij als persoon. En al was het dat wel, daar is het me niet om te doen. Ik wil aandacht voor het klimaat, niet om m'n ego te strelen. Als ik dat had gewild, had ik wel een manier gekozen waarbij ik minder shit over me heen zou krijgen, haha. Al heb ik ook om veel dingen kunnen lachen, hoor. Ik heb heel grappige memes en video's voorbij zien komen. Die als fakir op een vliegend tapijt bijvoorbeeld, vond ik echt heel leuk. Als je er met een afstandje naar kijkt, is het ook hilarisch: welke malloot klimt nou op een tafel en plakt zich vast? Dat is absurd en daardoor heel grappig. Maar dat we in deze klimaat en ecologische crisis doorgaan met ons dagelijkse leven alsof er niets aan de hand is, vind ik nog veel absurder. In die zin heb ik een absurde actie gebruikt om de nog absurdere klimaatsituatie bloot te leggen en het gesprek te openen. Dat is gelukt en daar ben ik best trots op.'

Scoor &C's meinummer nu hier

delen
Steffi Posthumus

Steffi Posthumus (1988) is – naast redacteur bij &C – een vroege vogel, maar wel een met een ochtendhumeur. Ze woont in een kleurrijk Amsterdams paleis met kat Prins én giga discobal, probeert al twee jaar lang Turks te leren (met matig succes) en eet 't liefst alles met een goede lik sambal.

Meer van deze auteur

Wil je ook lezen