Voor de flutpoëten: 8 frustraties bij het maken van Sinterklaasgedichten

1. Dat takkebegin Laptop erbij gepakt, Word-document geopend. Komt die eerste fokking zin er niet uit. Lees ook: Inpakporno: deze 7 inpakkers laten zien dat het een kunst is 2. Dan ga je toch maar voor 'Sint en Piet zaten te denken…' Maar dan herinner je je dat oom Geert (die geboren poëet) erop staat dat je geen simulator gebruikt. Zeiksnor. 3. En ook geen online rijmwoordenboek overigens Help: wat rijmt er nou in hemelsnaam op dertig? 4. Je moet oneindig veel weten over je familieleden om wat leuks te kunnen schrijven Sorry, maar daar is tante Gerrie nou eenmaal niet interessant genoeg voor. 5. En dan moet je ook nog eens aardig zijn Waarom is dit niet gewoon een roast? Hup, dat gedicht zou zo klaar zijn. 6. Pff, al die herhaling Fijn, zijn. Jij, bij. Leuk, neuk (oh nee, dat past dan weer niet bij tante Gerrie). 7. Heb je eindelijk een matig rijmpje in elkaar geflanst, weet je niet hoe je het moet eindigen Kortom: de Sint vindt je een wicht, dit is het eind van het gedicht. Lees ook: Bibberende beesten: zo weet je of je huisdier het wel warm genoeg heeft 8. Na al die pijn en moeite, verpest tante Gerrie ook nog eens je volledige gedicht, omdat ze niet kan voorlezen Hup, je harde werk door de plee.