Entertainment
'Je wil niet weten hoeveel snot ik achter het bed en de kastjes vind'
Gepubliceerd op
13 mei 2022 om 17:00
Bron / Fotografie
interview Steffi Posthumus, fotografie Tom ten Seldam
Gepubliceerd op
13 mei 2022 om 17:00
Bron / Fotografie
interview Steffi Posthumus, fotografie Tom ten Seldam
Thuis vindt Maarja Arras het doucheputje schoonmaken intens smerig, maar tijdens haar werk als hoofd housekeeping in Hotel V Frederiksplein vindt ze het gek genoeg geen enkel probleem.
Maarja (35): ‘Vroeger durfde mijn moeder niet onder mijn bed schoon te maken. Ik verzamelde slakken en kleine beestjes en liet ze onder mijn bed ‘wonen’. Dat ik ruim 25 jaar later hoofd housekeeping zou zijn, had niemand verwacht.
Lees ook: 'Ik had stinkend rijk kunnen zijn als ik alle drugs had verkocht'
Het leukst vind ik dat je veel mensen ontmoet. De meesten zijn heel dankbaar en blij, maar er zijn ook gasten die hier – een driesterrenhotel – komen en een vijfsterrenexperience verwachten. Tja, dan moet je even negenhonderd meter verder doorlopen naar het Amstel Hotel en vijfhonderd euro per kamer betalen. Maar ach, ik snap die mensen ook wel. Sommigen hebben heel lang voor een kamer bij ons gespaard en dan heb je hoge verwachtingen. Ik zie het als een uitdaging: in het halfuur dat wij per kamer hebben, wil ik zo dicht mogelijk bij die vijfsterrenexperience komen. Dat zit ‘m in kleine dingen: het toiletpapier mooi vouwen, rolgordijnen op dezelfde hoogte, afstandsbediening netjes op tafel. De kamer kan nog zo schoon zijn, zonder harmonie ziet het er niet uit.
Wat mensen belangrijk vinden aan een kamer, verschilt per land. Scandinaviërs en Nederlanders willen een schone kamer, Amerikanen vooral een grote. Toen ik net als kamermeisje begon, maakte ik er een spelletje van: waar komen de gasten in deze kamer vandaan? Soms zie je het aan een boek, soms aan haren in de wasbak en soms kun je het ruiken. Maar wat je in elke kamer terugvindt, zijn snotjes. Echt, je wil niet weten hoeveel snot ik achter het bed en de kastjes vind. Net als kauwgom trouwens. Bizar, toch? Je hebt een kamer van tien tot achttien vierkante meter met zeker twee prullenbakken. Kun je het nou echt niet daarin gooien? Mensen zijn schaamteloos. En het grappige is: vaak zijn dat precies de mensen die het meeste klagen.
De belangrijkste schoonmaakles die ik op werk heb geleerd? Maak lijstjes en verdeel de taken over de week. Elke zondag was ik mijn beddengoed, elke drie dagen doe ik mijn was, elke vrijdag boen ik mijn vloer. Zo lijkt het minder werk en hou je het bij. Een andere truc: matrasbeschermers. Er wordt vaak gedacht dat hotelbedden vies zijn. Geloof me: als jij geen matrasbeschermer thuis hebt, is jouw bed waarschijnlijk viezer dan een hotelbed mét matrasbeschermer. Bovendien worden onze bedden eens in de zoveel tijd grondig gereinigd met een stomer.
Sommige dingen vind ik thuis veel vervelender om schoon te maken dan op werk. Het doucheputje bijvoorbeeld. Thuis word ik daar echt misselijk van. Op werk vind ik het geen probleem. Het is mijn verantwoordelijkheid dat die kamers schoon zijn, dus dan gaat de knop om.
Lees ook: 'Van één spetter kun je al hiv, tuberculose of herpes krijgen'
Het lastigste aan housekeeping vind ik dat sommige mensen ons pas ‘zien’ als ze ons nodig hebben. Gelukkig zijn er ook lieve gasten. Ik was eens de gang aan het stofzuigen toen een vrouw zei: ‘De jurk die ik in de kamer heb achtergelaten, is voor jou.’ Tot mijn verbazing was het geen simpel zomerjurkje, maar een trouwjurk. Ik heb hem voor tweehonderd euro verkocht, mijn grootste fooi ooit, haha.’
Maarja's beste schoonmaaktip en de verhalen van andere schoonmakers lees je in het &C meinummer 'Kneiterfris het voorjaar in', wat nu in de winkels ligt en is te bestellen in de &C webshop.
delen
Redactie
@andcgramDe &C-redactie bestaat uit enkel vrouwen en iedereen verzamelt wel iets. Katten, memes of dates bijvoorbeeld. Ze slurpen koffie alsof er levens vanaf hangen, verruilen het diner maar al te graag in voor een snackbox van de lokale friettent en dragen heus weleens wat anders dan pastel. Wees maar niet bang.